Het is toch wel een dingetje, de alpen over. We zagen er letterlijk en figuurlijk tegenop. Maar als je je er wat in verdiept, lees je dat het anderen ook gelukt is. En al moeten we lopend naar boven, we gaan erop en erover!
We kwamen in Basel aan, gelijk hoe we ’t jaar ervoor vertrokken. De City Nightline was rond 7 uur zaterdagochtend gearriveerd. Door een verkeerde inputhandeling thuis, was de navigatie niet gevuld. Balen! Dat werd weer routepagina’s raadplegen, al had ik ook als voorbereiding de tocht in stukjes verdeeld en deze op kleinformaat geprint. Zorg altijd voor een ‘back-up’ ! Gelukkig is deze tocht geen ingewikkelde. Het eerste stuk volgt de Rijn. Met als bijkomend voordeel dat we in Duitsland goedkoop kunnen overnachten. Daarna via het dal van de Thur en Sitter naar de Bodensee. Eerst groene dalen met redelijk wat bebouwing, leuke kleine oude stadjes, maar hoe verder oostwaarst, hoe stiller en landelijker het wordt. De rivieren hier worden wel steeds kleiner en wilder… een voorbode dat de omgeving ruwer wordt.
Van de Bodensee tot de voet van de Alpen, volgen we de Rijn en later de rivier Ill Oostenrijk in, door Feldkirch. Kort daaronder rijden we Liechtenstein in, om weer bij de Rijn uit te komen. Zo komen we Zwitserland weer in en overnachten in Chur. Inmiddels staan de bergen rondom ons heen.
Na een goede overnachting in dit leuke stadje, voldoende eiwitten en een matige wijninname rijden we richting Thusis. Door de gebrekkige navigatie wijken we van Benjaminse af, verliezen tijd en maken onnodige hoogtemeters…maar we zijn doorzetters en rijden de Via Mala-kloof in. We kunnen geen kant meer op. Het is een steile klim. Een eerste korte tunnel, een tweede, de weg blijft gestaag stijgen. Daarna vlakt het af en daalt kort naar een schaarsverlichte tunnel. Daar komen we uit op het uitzichtpunt van de Via Mala-kloof.
We volgen de Graubundenroute door het dal waar Zilles en Andeer liggen ingeklemd tussen de bergwanden. Hierna begint het weer flink te stijgen. Dan vlak langs een stuwmeer en de volgende klim van 5 km door de Rofflaschlucht. Om de Splügenpas goed te kunnen doen, pauseren we in Splügen-Dorf. Het eerste stuk, na het dorp is zwaar. Ieder rijdt op zijn eigen tempo, zeker in ’t begin niet te fanatiek. De pas is bijna 10 km 9 – 10% en 2115 meter hoog. Het koud en mistig. Maar we konden als helden deze overwinning vieren, al hadden de weergoden zich tegen ons gekeerd.
In tegenstelling tot het on-Zwitserse weer van de afgelopen dagen, had zich nu een koude trog ontwikkeld, recht boven ons. Het ging steeds harder regenen en waaien. We zetten de afdaling in, ook weer 10%. Als je hier niet remt! Er zijn in de afdaling diverse tunnels, sommige half open. In een daarvan stond een koppel geiten te schuilen. Ik kon ze maar net omzeilen. In het dorpje Isola, halverwege de afdaling, stoppen we verkleumd en doorweekt. Maar trots en blij dat deze hindernis achterons ligt. We zijn in Italië!
De laatste dag, nog steeds regen, zoeven we het dal in waar Chiavenna ligt. Hier volgen we de Ciclovia di Valchiavenna tot aan het Comomeer. Bij Varenna steken we het Comomeer over naar Menaggio naar de camping in Porlezza. En terwijl het weer herstelde, genoten wij van de vergezichten over het Lago di Lugano, de wijn en culinaire pasti en natuurlijk van de prachtige fietstocht.
De standen:
- Basel – Hohentengen / Kaizerstuhl 90 km
- Steinach (Bodensee) 102 km
- Chur 112 km
- Isola 85 km
- Porlezza 90 km