
In een positie tussen slapen en wakker worden, hoor ik de kerkklok van van Wasserbillig slaan. Ongemerkt tel ik de slagen. Veertien keer slaat de klok. Veertien!? Het is 7 uur. Bij elke tel slaat hij 2x snel. Zo gaan er lekker veel uren in een dag.
Terwijl ik de tent afbreek en water haal voor de koffie, zie ik dat een mede tentenfietser in zijn tent ligt te ontbijten. Ik kwam hem gisteravond tegen in het sanititairgebouw. Een schichtige man. Flitsend schuw schoot hij mij voorbij… Tijdens het tandenpoetsen, komt hij naast mij staan. Zei hij Goedemorgen? Ik kan het niet verstaan. Na een paar minuten probeer ik het in het Engels. U kunt gewoon Nederlands praten hoor…. hij kan praten! Ik had u nog niets horen zeggen vandaar, antwoord ik. Vroeger kon je de Nederlanders aan hun fietstassen herkennen! Die kende ik nog niet. Hij fietst al 30 jaar allemaal Agu! Ja, dat herinner ik me ook, ik zie ze nog zo hangen bij fietsenmaker Veerman. Ach dat was zelfs nog langer geleden… de tentenfietser vertelt dat hij uit Metz kwam en nu gaat wandelen bij Echternach. Het Muellertall is prachtig!

Mijn route gaat vandaag langs Trier. Ik voel niet de behoefte om zo vroeg een drukke stad in te fietsen. Ik ken Trier wel, inclusief de Porta Nigra, en laat haar links liggen. Er is niets mooiers dan ’s morgens op een prachtig fietspad te peddelen en af en toe koffie te drinken. In Wasserbillig heb ik broodjes gekocht. Dus ontbijt ik aan de Moezel.

In de Kyllradweg zit voor Kyllburg een dikke puist. Die wil ik vandaag achter mij laten. Net voorbij Kyllburg vind ik een leuk hotel met een mooi terras. De zon schijnt, terwijl ik mijn Ortlieb tassen naar binnen draag. Agu, bestaat dat nog?
Ik weet niet hoe ver je naar het zuiden gaat, maar bij Völkingen is een oud hoogovencomplex dat je kan vezichtigen, en Saarlouis moet mooi zijn.
LikeLike