Ook in Italië is het besef gegroeid dat fietsroutes voor de middellange en lange afstanden bijdragen aan een duurzame invulling van het toerisme en vrije tijd. Het land met al haar mooie regio’s roept om verder ontdekt te worden, waarbij zo zegt Bicitalia: ‘de fiets koningin is.’ Met de fiets kun je je immers op een aanzienlijke manier verplaatsen. Naast de 3 Eurovelo’s die door het land lopen, zijn er ook vele regionale routes ontstaan, beheerd door Bicitalia; het equivalent van EuroVelo voor het nationale grondgebied. Er zijn technische eisen opgesteld waaraan de routes moeten voldoen. Deze kenmerken van de infrastructuur (breedte, verharding, helling, e.d.) en de toeristische aantrekkingskracht van de route zijn bepalend voor het succes van een fietsroute. Zo las ik.. Bravo en goed bezig! Doch in dit land draaien de molens niet zo snel en haperen snel als er regionaal moet worden samengewerkt. Desalniettemin zijn er al mooie stappen gezet. Zo zijn er voor 20 regio’s 20 fietspaden ontstaan en die leveren ons mooie fietsideeën. Alle informatie vind je op de site van Bicitalia.

dagen
uren minuten seconden
tot
Start van het Fietsseizoen 2023

Nog 27 blogs naar Pasen
We zijn onderweg naar Rome en inmiddels liggen 2 fietsreizen achter ons. Vanaf het Comomeer gaat de fietstocht verder richting dat andere grote noord Italiaanse meer: Lago di Garda en dan verder naar het zuiden, door de Po-vlakte de Apennijnen in.
- wanneer gereden? In september 2016
- aantal kilometers: 577 km
- aantal hoogtemeters: 5833 hm
- aantal uren gefietst: (niet bijgehouden)
- aantal dagen gefietst: 6 dagen
- de zwaarte van de route: gemiddeld inspannend
- het wegdek van de route: meest autoluwe wegen met soms sterke afdalingen
- de sfeer van de route: de Alpen achter je latend, langs Noord-Italiaanse meren en steden, door Po-vlakte en over de Apenijnen, dan word je langzaamaan verliefd…
- wat waren de hoogtepunten?
- de stad Chür
- Via Mala Kloof en de Splügenpas
- Italië in naar Comomeer
Hoe was deze fietstocht?
Na de oversteek over het Comomeer naar Bellagio, komen we weer op de route van Paul Benjaminse. Via de westelijke oever van het Lago di Lecco rijden we verder zuidwaarts. Links het water en rechtsboven ons de steile bergwanden. Hierna volgt het kleinere Lago di Garlate, die overgaat in de rivier Adda. Na Brivio volgen we de rechteroever en steken we met het veer, dat toegeschreven wordt aan Leonardo da Vinci over, richting Bergamo.
Bergamo is de stevige klim meer dan waard. In de Città Alta en rond de Piazza Vecchia is het razend druk. Met het stuur lopend aan de hand wurmen we ons door de menigte. We overnachten in de benedenstad. Ook daar kun je je overigens goed vermaken.
De volgende dag voert de route langs de rivier de Serio. Tevens een mooi natuurgebied. Een stukje verder komen we langs het Lago d’Iseo. Het is een door de provincie Brescia aangelegd fietspad, wat helemaal doorloopt tot Brescia zelf. Het is het oudste fietspad van Italië. We rijden door een vruchtbare en golvende streek, met veel wijnbouw. In Brescia eten wij als lunch een stuk pizza op het Piazza della Loggia. We moeten nog 35 km naar het Lago di Garda, waar we een camping opzoeken.
Op de derde dag laten we de uitlopers van de Alpen definitief achterons. We zien ze nog wel, ze staan in contrast met het vlakke voorland. Deze dag rijden we langs kanalen en rivieren; over mooi aangelegde fietspaden en zo schiet het op naar Mantova. Deze bijzondere plaats is omsloten aan drie zijden door het water van de Mincio. Na een koffiepauze, een korte bezichtiging van Mantova – het centrum is compact en de monumenten zijn dicht bij elkaar – trekken wij nu echt de Po-vlakte in. Dit gedeelte van de route is onderdeel van de Eurovelo. Na de oversteek van de bekenste en grootste rivier van het land, overnachten wij in San Benedetto Po. De eigenaresse van de B&B vertelt dat we hier al in het aardbevingsgebied zijn. De volgende dag zien we de schade nog steeds aan de bebouwing. Met name in Quistello. Het platteland, dat we langs de rivier de Secchia zien is niet spectaculair en zo fietsen rustig maar doelgericht naar Modena.
Langs het Ferrari kantoor, rijden we de rijke industriestad in. Op de Piazza Grande klinken we de glazen en kijken met bewondering naar de prachtige oude gebouwen, waaronder de Dom met zijn 88 meter hoge Ghirlandia.
De een na laagste dag voert door de Apenijnen. Wat een verschil met de twee vorige fietsdagen! Stevig klimwerk, temidden van uitgestrekte kastanjebossen. Hier komen we op de grens tussen Emilia Romagna en Toscana. We stijgen door tot 800 meter en ergens in de heuvels overnachten we in een herbergachtige l’albergo. Het plaatsje heet Gaggio Montano.
De eindbestemming komt in zicht. Het is nog zo’n 100 km en na enige klimmers, dalen we mooi af naar Pistoia. Hier eten we de lunch op het Piazza del Duomo. Kijkend naar het Palazzo del Comune en het hiernaast gelegen Battistero, slaan we hier linksaf naar Firenze. De hoofdroute naar Rome gaat rechtdoor naar Vinci en San Gimignano. Die pakken we de volgende keer op.
Tussen Pistoia en Firenze ligt een laagvlakte, waar wij rijden doorsneden door talrijke riviertjes, die het bergwater afvoeren naar de Arno. Tussen de plantenkwekerijen doorzetten we koers naar Signa. Hier krijgen we voor het eerst te maken met een lekke band. Een Italiaanse familie schiet te hulp, waarvan een van je jongens in non niente tempo de achterband verwisseld! We moesten vooral volgend jaar terugkomen! Wat een mooi volk is het toch.
We bereiken het fietspad langs de Arno niet zonder slag of stoot! Na de bandenpech, is het soms flink zoeken om op de route te blijven. Signa hebben we zo grondig ‘befietst.’ Maar eenmaal gevonden rijden we simpel langs de Arno de hoofdstad van Toscane in, naar de Ponte Vecchio en het Piazza della Signoria.
Meer informatie over deze route vind je via deze pagina: