Dat je fietsend door in Europa elke dag wel een ander landschap aantreft, heb ik wel eens eerder geschreven. Zelfs op 1 dag kan het landschap drastisch veranderen.
Voordat ‘de leegte’ van La Mancha er is, fiets ik naar Alarcón. Het is een sfeervol stadje aan de rivier de Júcar. Ik probeer hier een ontbijt te scoren. Maar dat is in deze regio een dingetje. Koffie, maar een broodje. De barman kijkt mij norsig aan. Dan maar een cakeje.
Hierna golft de weg naar Tebar, daalt verder om ruim 40 km langs een kanaal naar Barrax te fietsen. Omringt door dennenbomen, eentonig, maar wel glad. In de verte zie ik de contouren van bergen alweer.
Het hotel in Barrax is eenvoudig en kost slechts €25, met een restaurant beneden. Goed vertoeven dus.